Fijn dat je aan de slag gaat met ons patroon Frankie!
Frankie is een modieuze broek die iets lager op de heupen zit en brede pijpen heeft. Het plat stuk, de afgeronde steekzakken en de afwerking met stiksels geven dit patroon een tijdloze jeanslook. Frankie valt het mooist in een middelzware stof met wat soepelheid, zodat je het ontspannen gevoel van het patroon behoudt. Rol de broekspijpen op en je krijgt een toffe, casual uitstraling! Kortom, een broek die je niet graag meer uit doet!
Laten we eraan beginnen!
Knip een strook van 2 cm van het aangesneden beleg van het rechter voorpand, evenwijdig met de rand, rechts zoals wanneer je de broek zou dragen.
Leg de tegenzak op het voorpand met de goede kanten op elkaar en stik de zakopening vast.
Knip de naadwaarde in en overlock beide randen samen of werk af met een zigzagsteek. Plooi de zak om naar de averechtse kant en strijk plat met de voering mooi naar binnen.
Geef een stiksel rond de zakopening, net naast de rand op het voorpand. Geef een tweede stiksel op ongeveer 0,6 cm van je eerste stiksel.
Leg de inkijkzak en de tegenzak met de goede kant van de stof op elkaar. Speld vast en stik de middelste en onderste zijde. Overlock deze naden samen of werk af met een zigzagsteek.
Speld de zak aan het voorpand ter hoogte van de taille en de zijnaad. Het einde van de zak komt overeen met de merkpunten in de taille en aan de zijnaad. Stik vast op 1 cm van de rand.
Speld de onderkant van het plat stuk op de bovenkant van het rugpand, goede kanten van de stof op elkaar en stik vast. Overlock de naden samen of werk af met een zigzagsteek.
Strijk in de richting van het rugpand. Stik de naadwaarde vast aan het rugpand, net naast de rand en vervolgens nog eens op 0,6 cm van je eerste stiksel.
Overlock de zijkanten en onderkant van de achterzak of werk af met een zigzagsteek. Plooi de bovenkant 2,5 cm om naar de averechtse kant en plooi vervolgens de helft van deze naadwaarde naar binnen. Stik vast net naast de rand en vervolgens nog eens op 0,6 cm van je eerste stiksel.
Strijk de zijkanten en onderkant 1,5 cm naar de averechtse kant.
Leg de bovenkant van de achterzak gelijk met de twee merkpunten op de goede kant van het rugpand. Stik de zak vast net naast de rand. Stik vervolgens nogmaals op 0,6 cm van je eerste stiksel.
Overlock de randen van het aangesneden beleg en de kruisnaad van beide voorpanden of werk af met een zigzagsteek. Leg beide voorpanden met de goede kanten op elkaar en zorg dat het merkpunt van de middenvoor aan de taille en het rijgdraadje overeenkomen. Stik het onderste deeltje van de kruisnaad vast, vanaf ongeveer 2 cm van de tussenbeennaad tot aan het merkpunt.
Open de rits en leg het rechtse deel van de rits op 0,5 cm van de rand van het aangesneden beleg van het rechter voorpand, goede kant van de rits en de stof op elkaar. Leg de tandjes van de rits op ongeveer 1,5 cm van de taille. Je kan de rits best eerst driegen zodat ze niet verschuift tijdens het stikken. Gebruik het ritsvoetje van je naaimachine en stik vast in het midden van het ritslint tot aan het merkpunt. Vouw het ritslint en de stof om naar de averechtse kant. Je vouwt niet op het merkpunt middenvoor zelf, maar 1 cm ernaast.
Sluit de rits en leg beide voorpanden met de goede kanten van de stof op elkaar en zorg dat de merkpunten van de middenvoor ter hoogte van de taille mooi overeenkomen. Leg nu het linkse deel van de rits op het aangesneden beleg van het linker voorpand, goede kanten op elkaar, en zorg dat alles netjes plat ligt. De rand van het ritslint ligt op ongeveer 1,2 cm van de rand. Speld en drieg de rits vast vooraleer je ze terug opent. Stik vast in het midden van het ritslint met het ritsvoetje van je naaimachine.
Plooi het gulpdeel dubbel in de lengte, averechtse kanten op elkaar en overlock de lange en onderste zijde of werk af met een zigzagsteek. Strijk netjes plat.
Leg de lange, afgewerkte zijde van het gulpdeel gelijk met de rand van het aangesneden beleg van het rechter voorpand. Stik vast in het bestaande stiksel, gebruik hiervoor opnieuw het ritsvoetje.
Plooi het aangesneden beleg van het linker voorpand om naar de averechtse kant op het merkpunt middenvoor in de taille. Strijk plat. Open je rits. Geef op het voorpand een sierstiksel dat de vorm van het aangesneden beleg volgt, op ongeveer 3 cm van de rand. Stik een tweede keer op ongeveer 0,6 cm aan de buitenkant van je eerste stiksel.
Sluit de rits en naai met enkele steekjes de onderkant van het gulpdeel vast aan het aangesneden beleg van het voorpand.
Overlock de kruisnaad van het rugpand of werk af met een zigzagsteek. Speld telkens een rugpand op een voorpand met de goede kanten op elkaar en stik de zijnaden. Overlock de naden samen of werk af met een zigzagsteek. Strijk in de richting van het voorpand.
Speld de tussenbeennaad van het voorpand op het rugpand en stik vast. Overlock de naden samen of werk af met een zigzagsteek. Strijk in de richting van het voorpand.
Keer één van de broekspijpen naar de goede kant en steek ze in de andere broekspijp, zodat de goede kanten van de stof op elkaar liggen. Speld de kruisnaad vast tot aan het deel van de kruisnaad dat je reeds in het begin vaststikte. Stik de kruisnaad en geef eventueel een tweede stiksel voor extra stevigheid. Strijk de naad open.
Je kan de kruisnaad ook naar 1 kant strijken, in de richting van het linker voorpand en afwerken met een dubbel sierstiksel.
Speld telkens een tailleband voorpand links en voorpand rechts op een tailleband rug, goede kanten op elkaar, en stik de zijnaden. Zorg dat de ene tailleband het spiegelbeeld is van de andere tailleband. Strijk de naden open en strijk 1,5 cm van de onderkant van de binnenste tailleband naar de averechtse kant.
Speld de taillebanden met de goede kanten van de stof op elkaar en stik de bovenkant en de korte zijden dicht. Begin te stikken op 1,5 cm van de onderkant en eindig hier ook, zodat je de al voorgestreken naadwaarde niet meestikt. Knip de hoekjes bij en draai en draai naar de goede kant van de stof. Strijk mooi op.
Speld de buitenste tailleband aan de taille van de broek, goede kanten op elkaar, en stik rondom vast. Strijk de naadwaarden in de richting van de tailleband.
Plooi de tailleband naar binnen en speld vast aan de binnenkant van de broek. Alle naadwaarden verdwijnen in de tailleband. Stik vast net naast de rand helemaal rondom de tailleband.
Strijk 1 cm van de zoom naar de averechtse kant. Strijk vervolgens nog eens 2 cm om en stik vast net naast de rand.
Maak de riemlussen: werk één van de lange zijden af met een overlock of zigzagsteek. Plooi de onafgewerkte lange zijde 1 cm om naar de averechtse kant en strijk plat. Plooi nu de andere lange zijde hierover zodat je een lang lint van ca. 1,2 cm breed krijgt en strijk plat. Stik vast net naast beide randen. Knip het lint in 5 gelijke delen van 7 cm.
Plooi en strijk 1 cm van de boven- en onderkant van de riemlusjes om naar de binnenkant. Stik telkens een riemlusje op het voorpand net naast de zak. Stik een riemlusje in het midden van het rugpand op de naad. Stik telkens op 4 cm naast de zijnaad een riemlusje op het rugpand. Bovenaan ligt het lusje gelijk met de rand, de onderkant van het riemlusje ligt op ongeveer 1 cm onder de tailleband.
Maak het knoopsgat in de linker tailleband en naai de knoop op de rechter tailleband.
Strijk je broek mooi op.
Helemaal klaar! Wow, looking good! Veel plezier met je nieuwe broek!